Wanneer is een kind toe aan zindelijk worden?
Een kind geeft dit vaak zelf aan, door te zeggen dat hij heeft geplast of gepoept en door belangstelling te tonen in het potje of het toilet.
Zindelijk worden heeft ook te maken met lichamelijke ontwikkeling, de beheersing van de blaas (en darm) is een proces dat langzaam moet rijpen. Uiteindelijk nemen de hersenen geleidelijk de controle over de ruggenmergreflexen over. Deze ontwikkeling leidt tot een bewuste beheersing over zowel de blaas als de darm. Dit betekent dat het vanaf dan mogelijk is om urine en ontlasting op te houden én te wachten tot er een geschikt moment of een goede plaats komt om te plassen of te poepen.
Kinderen zijn vaak eerst overdag zindelijk voordat zij ook ’s nachts zindelijk worden.
Het is belangrijk dat het initiatief vanuit het kind komt als het gaat om zindelijkheid. Hij hoort, ziet en ervaart dat men in onze cultuur naar het toilet gaat. Omdat hij groot wil zijn (identificatie), wil hij ook naar het toilet. Het begeleiden van zindelijk worden, start wanneer het kind interesse laat zien in op het potje zitten/ naar het toilet gaan. Daarnaast kunnen we bij het kind signalen zien van zich bewust zijn van ontlasting en urine als hij poept of plast.
Het is voor een kind niet makkelijk om het comfort van de luier op te geven. Er zijn ook kinderen die angst hebben om naar het toilet te gaan. Het belangrijkste is dat het lichaam van het kind klaar is voor zindelijkheid, de sluitspier moet voldoende werken om plas en ontlasting op te kunnen houden.
De volwassene kan het kind emotioneel steunen, op een ontspannen manier het potje/ toilet aanbieden op de momenten van het verwisselen van de luier en op momenten wanneer het kind signalen van bewustwording van het plassen of poepen laat zien.
Als het kind niet rijp is voor zindelijkheid en het wordt een strijd, voelt hij zich afgewezen. Het kind kan zich niet veilig hechten en het veroorzaakt onzekerheid bij het kind en een negatief zelfbeeld. Tussen kinderen bestaan grote verschillen in het tijdstip van zindelijk worden. Gouden regel: niet haasten, niet aandringen en niet bestraffen (en niet belonen). Wanneer de volwassene het kind volgt in dit proces voelt hij zich competent en verloopt het proces van zindelijk worden op een natuurlijke en prettige manier.
Voor vragen over zindelijkheid van kinderen en het begeleiden hiervan kun je me een bericht sturen via pedagogischbegeleiden@gmail.com
Geef een reactie